Misschien is het wel herkenbaar. De een is heel erg voor een wetenschappelijke benadering van vitaliteit, de ander juist meer voor een alternatieve benadering. Het lijkt regelmatig haaks op elkaar te staan. Dit helpt niemand. Om echt vitaal te kunnen zijn is een aanvullend perspectief nodig: het perspectief van integrale vitaliteit.
Ook in de zorg en wetenschap is regelmatig een strijd gaande vanuit verschillende ‘visies’ op de waarheid over een bepaalde ziekte en de behandeling hiervan. Dit is voor de zoekende patiënt lastig en verwarrend. En ook voor mensen die gezond zijn en nog vitaler willen worden, geeft het geen duidelijkheid. De waarheid op vitaliteit is niet in een ‘hokje’ te plaatsen, ook al proberen we dat (nog) wel. Het is simpel: we zijn als mensen te complex om vitaliteit vanuit één ‘waarheid’ te benaderen .
Met dit artikel help ik je om te ontdekken hoe je jouw perspectief kunt plaatsen in een groter geheel en ontdek je waarmee je dat kunt aanvullen. Daarmee geef ik je de eerste handvatten om te zorgen dat de verschillende benaderingen op vitaliteit elkaar zelfs kunnen versterken. Zodat je nog meer in huis hebt om zo vitaal mogelijk te leven voor de rest van jouw leven.
Introductie op integraal
Integraal betekent dat je verschillende zienswijzen als bron serieus neemt. De integrale visie, neergezet door de Amerikaanse filosoof Ken Wilber, omschrijft vier waardensferen van waaruit je naar velerlei onderwerpen kunt kijken. Het doel hiervan is om de verbanden te ontdekken tussen de ogenschijnlijke tegenstrijdigheden, zodat je boven de materie kan uitstijgen en de kern van het probleem dieper kan oplossen.
Om de kracht van deze filosofie in dagelijkse praktijk toe te passen, hebben Anne-Jean en ik deze integrale visie praktisch vertaald en verdieping gegeven naar een eigen integrale organisatie-, ondernemers- en vitaliteitsmethodiek, die we toepassen vanuit Core Connections.
Laten we kijken welke vier waardensferen er zijn op het vlak van vitaliteit.
De vier waardensferen
Wetenschappelijk
Het dominante perspectief op vitaliteit is in de westerse wereld de wetenschappelijke waardensfeer. De oplossing wordt vooral gezocht in medicatie, herstelwerk en operaties. Deze waardensfeer werkt aan de hand van statistieken, cijfers en feiten. Al weten uiteraard alle wetenschappers dat er ondanks dat genoeg onderwerpen zijn waar wetenschappers binnen een discipline het met elkaar oneens zijn. Maar uitgangspunt is dat de methodiek toetsbaar is, resultaten meetbaar zijn en onderzoek transparant is.
Het wetenschappelijke perspectief is zo dominant dat andere benaderingen op vitaliteit veelal worden gezien als alternatieven op het wetenschappelijk perspectief. Echter, het wetenschappelijke perspectief heeft niet alle kennis en antwoorden in pacht en is een van de alternatieven. Vanuit integrale vitaliteit is elke benadering vanuit elke waardensfeer een alternatief.
Persoonlijk
Al decennialang wordt het tegengeluid op de wetenschappelijke waardensfeer steeds sterker. De bekendste hiervan is de persoonlijke waardensfeer. Mindfulness, holistische geneeswijzen en alternatieve geneeswijzen vallen daaronder. Hier wordt beargumenteerd dat bijvoorbeeld alle persoonlijke stukken van de mens kunnen bijdragen aan vitaliteit en het dus ook kunnen afbreken. Onverwerkte trauma’s worden gezien als bron van stress, waardoor de deur naar ziekte wordt opengezet. Wetenschappelijk onderzoek naar de effectiviteit vindt per definitie plaats vanuit de wetenschappelijke waardensfeer. Het is de vraag of kwantitatief onderzoek, zoals gebruikt in de wetenschappelijke waardensfeer, het geschiktst is hier.
Kwalitatief onderzoek of fenomenologisch onderzoek naar deze waardensfeer is de benadering die hier het passendst is. Deze onderzoeksvormen lenen zich er bij uitstek voor om een bepaald idee vanuit dat eigen perspectief te begrijpen en onderzoeken. Alsof je als het ware in de huid kruipt van een methodiek om deze te begrijpen en te ervaren. Wanneer je de persoonlijke waardensfeer beoordeelt vanuit kwantitatief onderzoek, dan beoordeel je deze vanuit het wetenschappelijke perspectief. Om de werkwijze van het persoonlijke perspectief beter te begrijpen, zul je dus eerst als het ware even in die huid moeten kruipen zonder er een ander referentiekader overheen te leggen.
Veel discussie op het vlak van vitaliteit vindt momenteel plaats tussen de wetenschappelijke en persoonlijke waardensfeer; beide vaak vanuit de overtuiging dat het gekozen perspectief ‘de waarheid’ is.
Intersubjectief
De intersubjectieve waardensfeer gaat over wat er tussen mensen gebeurt. We kennen allemaal het gevoel dat als je een ruimte inloopt waar net ruzie is geweest, ook al doet iedereen weer zijn ding: de sfeer is om te snijden. Ofwel, wij als mensen zijn in staat om emoties en gevoelens van andere mensen te voelen. Het verschilt per persoon hoe gemakkelijk iemand dit doet. En het verschilt ook per persoon of iemand zich hier bewust van is wanneer dit wel of niet gebeurt. En daar begint dan een deel van het probleem. Mensen kunnen emoties en zelfs trauma’s van elkaar overnemen zonder het door te hebben. Dit is vanuit de wetenschappelijke waardensfeer ook bekend vanuit het vakgebied epigenetica. Binnen de psychologie staat het bekend als ‘intergenerationele overdracht’ van trauma’s, wanneer familieleden trauma’s van (groot)ouders ervaren. Het vervelende is dat deze emoties en trauma’s wanneer overgenomen wel als ‘eigen’ voelen. Dit maakt een persoon kwetsbaarder voor ziekte.
Dit principe kan nog een stuk verder doorgetrokken worden. Vanuit systemisch werk (niet te verwarren met het beneden genoemde systemische waardensfeer) is bekend dat wij als mens allemaal ons verhouden in relatie tot de mensen om ons heen. Zo heeft elk gezin, elk team en elke organisatie zijn eigen dynamiek. De eigen geschreven en ongeschreven regels. En heeft iedereen in elk systeem een bepaalde rol. Maar ook dit soort dynamieken kunnen ziekmakend zijn, met grote gevolgen. Met name meesterfamilieopsteller Stephan Hausner is, in navolging van het werk van de Duitse psychotherapeut Bert Hellinger, een pionier in het ontrafelen van de invloeden van dynamieken op de gezondheid van mensen.
Het grotere systeem
Wat zijn de grotere systemen waar wij als mensen in leven? En in hoeverre dragen die bij aan onze vitaliteit of breken ze die af? Dat is bij de waardensfeer van het grotere systeem de centrale vraag. Een voorbeeld van deze manier van denken: hoe gezond is een werkcultuur waar mensen weinig invloed ervaren over hun werk? En waar begint dit gebrek aan gevoel van eigen invloed eigenlijk als je kijkt naar de structuur van onze maatschappelijke instellingen? Begint dit wellicht al op school? En hoe staat dit in verband tot de vele burn-outs tegenwoordig en mensen die kampen met het dertigers dilemma? Wat kunnen we hier als individu en maatschappij aan doen?
Deze waardensfeer vraagt een stukje omdenken. Het vraagt een manier van denken waarbij u de systemen weer voor u kunt laten werken in plaats van tegen u.
Hoe meer mensen zoals jij en ik dit soort vragen gaan stellen, hoe meer maatschappelijk bewustzijn er komt op de invloed van deze waardensfeer. Bewustzijn op dat de indeling van onze maatschappij echt invloed heeft op onze vitaliteit, waardoor maatschappelijke veranderingen van systemen in gang gezet kunnen worden.
Wat kan integrale vitaliteit jou opleveren?
We kunnen zeker vanuit één waardensfeer bepaalde klachten wegnemen. We zijn weer gezond, denken we dan! Toch? Wellicht wel vanuit die ene waardensfeer. Het werken vanuit maar één of twee waardensferen geeft in zekere zin deeloplossingen waardoor de oorzaken van ziekte kunnen blijven sudderen, als een veenbrand onder de grond. Waardoor ziekte kan terugkeren of er een ogenschijnlijk andere ziekte ontstaat, maar met dezelfde onderliggende problematiek. Het probleem: we leggen de verbanden tussen de waardensferen niet.
Met integrale vitaliteit stijg je boven de waardensferen uit. Je gaat kijken welke oorzaken vanuit de verschillende waardensferen bijdragen aan jouw ziekte en aan jouw vitaliteit. Je gaat verbanden leggen om zo de oplossingen nog meer kracht te geven. Het gaat dan ook niet meer om enkel het herstellen van die ziekte. Op deze manier timmer je aan de weg naar levenslange vitaliteit.
Casus: de overspannen secretaresse
Een vrouw werkt als secretaresse voor twee managers. Op het oog lijkt het allemaal heel rustig. Maar eigenlijk is de onderlinge verstandhouding tussen de managers niet goed. De communicatie loopt veelal indirect, via de secretaresse. Spanningen en irritatie tussen de managers worden zelden uitgesproken naar elkaar, maar wel naar de secretaresse. En wanneer de managers dit wel naar elkaar uitspreken, dan zorgt dit meestal voor meer verwijdering. Elke keer weet de secretaresse te bemiddelen en voelt ze zich verantwoordelijk voor de harmonie tussen de twee. Ze raakt overspannen en depressief. Ze slaapt slecht, is gauw geprikkeld en voelt zich lusteloos. In haar nek- en schouderregio heeft ze lichte ontstekingen in haar spieren die pijn geven. Ze kan voorlopig niet werken. Wat zijn dan vanuit de verschillende perspectieven de visies en behandelmogelijkheden?
Vanuit de wetenschappelijke waardensfeer wordt gekeken naar onder meer medicatie en protocolmatige reïntegratie. Een antidepressivum, eventueel met tijdelijk slaapmedicatie, kan voorgeschreven worden. Een doorverwijzing naar een fysiotherapeut voor de nek- en schouderklachten ligt ook in de lijn. Verder liggen gesprekken met een psycholoog over hoe om te gaan met werkdruk en stress op basis van cognitieve gedragstherapie voor de hand. De psycholoog kan daarnaast helpen met acceptatie van de situatie. Als laatste kan de secretaresse gefaseerd haar werkzaamheden na verloop van tijd schematisch weer opbouwen, eventueel onder begeleiding van een bedrijfsarts.
Vanuit de persoonlijke waardensfeer kijkt de vrouw naar de connectie tussen lichaam en geest. Leven in het hier en nu en mindfulness bijvoorbeeld. Alternatieve geneeswijzen om te zorgen dat ze minder pijn en depressieve klachten heeft en beter kan slapen, bijvoorbeeld door middel van homeopathie en/of acupunctuur, zijn ook een goede optie. Verder ligt het voor de hand om te kijken naar onderbewuste, onverwerkte emoties die getriggerd zijn in deze situatie waardoor ze zo overladen is geraakt. Wanneer dit duidelijk is, zal ze gemakkelijker in volgende situaties voor haar eigen welzijn kunnen kiezen en voorkomen dat ze zichzelf wegcijfert voor anderen vanuit haar eigen, onderbewuste pijn. Als laatste kan zelfs een thema als ‘hoe geef ik invulling aan mijn levensdoel op aarde’ aan bod komen.
In de intersubjectieve waardensfeer kijkt ze hoe ze zich verhoudt tot anderen. Dat kan in ieder geval op twee manieren: vanuit de organisatiedynamiek en vanuit haar familiedynamiek. Patronen zoals het bemiddelen hebben vrijwel altijd hun oorsprong in het gezin van herkomst. Een hypothese is dat deze vrouw vroeger al hard aan het bemiddelen was om te zorgen dat haar ouders (beter) overweg konden met elkaar. Verder valt op dat ze meer verantwoordelijkheid op zich neemt dan goed en terecht is. Ze is hard aan het werk, terwijl anderen (de managers) eigenlijk niet de volledige verantwoordelijkheid nemen. Ook dit is een patroon dat vaak in het gezin van herkomst ontstaat.
Daarnaast kan naar de dynamiek binnen de organisatie gekeken worden. Hoe komt het dat de verantwoordelijkheid en het contact in deze posities zo scheef is gaan groeien? Het is in deze waardensfeer bovendien niet de vraag óf iemand in de positie als de secretaresse door deze invloeden ziek wordt, maar wanneer.
Nu lijkt de intersubjectieve manier van kijken naar vitaliteit voor de hand te liggen, door het duidelijke verband met de managers en haar gezin van herkomst. En toch kan bij elke gezondheidsklacht de intersubjectieve waardensfeer toegepast worden.
Als laatste de waardensfeer op het systeem. Het werken aan meer inzicht in de besluitvorming en inrichting van de organisatie waarvoor ze werkt, is hier op zijn plaats. Elk mens past zich aan de omgeving aan. Wanneer de omgeving zo is ingericht dat deze de vitaliteit van de mensen benadeelt, dan kunnen we kijken hoe we dit kunnen verbeteren. Zodoende kan ze bijvoorbeeld meer leren over hoe ze vanuit de organisatie-inrichting en besluitvorming beide managers zelf in beweging kan krijgen om hun eigen kolen uit het vuur te halen. Centraal staat dat ze kan zorgen dat ze in ieder geval in haar functie het systeem weer vóór haar kan laten werken.
Waar kan jij nog winst behalen?
Echte vitaliteit begint bij het loslaten van de ‘hokjes’. Je er bewust van zijn dat dat er vier waardensferen zijn die invloed hebben op jouw vitaliteit, is de eerste stap en die heb je nu gezet. Ga vervolgens over de schutting heen kijken. Ga werkelijk op onderzoek uit en ga oprechte vragen stellen. Laat je ‘eigen’ referentiekader even los wanneer je op onderzoek uitgaat. Wanneer je integrale vitaliteit als leidraad kiest, dan geeft dit je een duidelijk kader om jouw eigen team van professionals om je heen te verzamelen. En om zelf optimaal te werken aan jouw vitaliteit. Wanneer je dat doet, dan heb je echt de sleutels voor een vitaal leven.
Over Suzan
Suzan de Vries is samen met Anne-Jean de Vries eigenaar van Core Connections. Zij helpt ondernemers, teams en organisaties met onder andere vitaliteit en het realiseren van hun duurzame ambities. Ze doet dit aan de hand van de eigen integrale methodieken. Integrale vitaliteit heeft voor haar hét verschil gemaakt tussen 15 jaar lang neuroborreliose (ziekte van Lyme), waarvan ruim 10 jaar ernstige ziekte en ogenschijnlijke uitzichtloosheid, naar allereerst herstel. Maar bovenal heeft het de sleutels gegeven tot een vitaal leven, die zij nu in haar werk met anderen deelt.
Dit artikel is gepubliceerd in het tijdschrift The Optimist.
Geef een reactie